Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Gelet dat het afleveren van allerlei administratieve stukken en het leveren van administratieve prestaties voor de gemeente lasten meebrengt en dat het aangewezen is hiervoor een gematigde retributie in te vorderen.
Gelet dat het huidige van toepassing zijnde reglement afloopt op 31 december 2025.
Overwegende dat voor verzoeken tot naamsverandering volgens artikel 370/8/1 van het oud Burgerlijk Wetboek geen retributie gevraagd mag worden (niettegenstaande eerdere communicatie vanuit de federale overheid), wordt deze passage geschrapt;
Overwegende dat de retributie voor natuurvergunningen thuishoort onder het retributiereglement op aanvragen, meldingen en wijzigingen in het kader van het omgevingsvergunningsdecreet, wordt deze passage geschrapt;
Overwegende dat voor de retributies voor een identiteitskaart, vreemdelingenkaart, kids-ID, paspoorten en rijbewijzen de forfaitaire bedragen aangepast worden aan de gestegen levensduurte (+25%) sinds de laatste aanpassing van deze bedragen;
Overwegende dat het bedrag voor het uitvoeren van een conformiteitsonderzoek afgestemd is op het bedrag dat aan een externe expert betaald dient te worden voor het uitvoeren van een conformiteitsonderzoek;
Overwegende dat het bedrag voor de eenzijdige verklaring van de beëindiging van het wettelijk samenwonen verhoogd dient te worden gelet dat het bedrag dat aan de deurwaarder betaald dient te worden voor de betekening ook sterk gestegen is;
Overwegende dat de dienst burgerzaken een huwelijksboekje als aandenken aan trouwers aanbiedt (geen verplichte afname) en doch in geval van aflevering een bedrag van 25 euro wenst te vragen.
Bevoegdheidsgrond:
Gelet op artikel 40-41 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Toepasselijke regelgeving:
Gelet op artikelen 3.3 en 3.3/1 van de Vlaamse codex Wonen;
Gelet op artikel 3.4. van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 september 2020 tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Gelet op de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen;
Gelet op de wet van 18 december 2016 tot wijziging van de wet van 14 maart 1968 tot opheffing van de wetten betreffende de verblijfbelasting voor vreemdelingen, gecoördineerd op 12 oktober 1953;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 10 december 1996 betreffende de verschillende identiteitsdocumenten voor kinderen onder de twaalf jaar;
Gelet op het koninklijk Besluit van 5 maart 2017 tot bepaling van de verblijfsvergunningen waarvoor de gemeenten retributies kunnen innen voor het vernieuwen, verlengen of vervangen ervan en tot bepaling van het maximumbedrag bedoeld in artikel 2, § 2, van de wet van 14 maart 1968 tot opheffing van de wetten betreffende de verblijfsbelasting voor vreemdelingen, gecoördineerd op 12 oktober 1953;
Gelet op de wet van 23 november 1998 tot invoering van de wettelijke samenwoning;
Gelet op artikel 1476 van het burgerlijk wetboek.
Artikel 1.
De gemeenteraad geeft haar goedkeuring aan hiernavolgend retributiereglement inzake de aanvraag van administratieve prestaties en op de aanvraag en/of afgifte van allerlei administratieve stukken goed:
Artikel 1.
Er wordt vanaf 1 januari 2026 voor een termijn van drie jaar eindigend op 31 december 2028 een retributie gevestigd op de aanvraag van administratieve prestaties en op de aanvraag en/op afgifte van allerlei administratieve stukken door het gemeentebestuur.
Deze retributie is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersonen aan wie het stuk wordt afgeleverd en/of die de administratieve prestaties aanvraagt.
Artikel 2.
Het bedrag van de retributie wordt vastgesteld als volgt:
1) Voor de identiteitskaart Belgen: de prijs die de gemeente aan de federale overheid dient te betalen, verhoogd met 3,75 euro, desgevallend afgerond naar de hogere euro.
Voor de vreemdelingenkaart: de prijs die de gemeente aan de federale overheid dient te betalen, verhoogd met 3,75 euro, desgevallend afgerond naar de hogere euro.
Voor de Kids-ID: de prijs die de gemeente aan de federale overheid dient te betalen, verhoogd met 3,75 euro, desgevallend afgerond naar de hogere euro.
2) Voor een huwelijksboekje als aandenken aan het huwelijk: 25,00 euro.
3) Voor de paspoorten: de prijs die de gemeente aan de federale overheid dient te betalen, verhoogd met 14,00 euro.
4) Voor de rijbewijzen: de prijs die de gemeente aan de federale overheid dient te betalen, verhoogd met 7,50 euro.
5) Voor verzoeken tot vergunningen tot verandering of tot toevoeging van een of meer voornamen: 150,00 euro.
6) Kosten in het kader van verkoop van onroerend goed door de gemeente: de effectieve kostprijs (schattingskosten, administratieve kosten) wordt doorgerekend
7) Voor het uitvoeren van een conformiteitsonderzoek, op verzoek, dat verloopt volgens de procedure vermeld in artikel 3.3 van de Vlaamse Codex Wonen.
Er wordt een vergoeding gevraagd voor conformiteitsonderzoeken in volgende gevallen:
Het conformiteitsonderzoek is gratis in de volgende gevallen:
8) Voor het maken van kopies bij alle gemeentelijke diensten :
- voor verenigingen:
A4 : 0,10 euro
A4: recto verso : 0,15 euro
A3 : 0,15 euro
met een maximum van 250 kopies per jaar;
- voor privé personen en voor verenigingen bij overschrijding van 250 kopies per jaar:
A4 : 0,15 euro
A4: recto verso : 0,20 euro
A3 : 0,20 euro
9) Voor de eenzijdige verklaring van de beëindiging van het wettelijk samenwonen: 400 euro.
Artikel 3.
De retributie wordt ingevorderd bij het afleveren van het document of bij de aanvraag van de prestatie. De personen die onderworpen zijn aan de retributie zijn eveneens verplicht er het bedrag van in bewaring te geven op het ogenblik van de aanvraag, indien het document niet onmiddellijk kan afgeleverd worden. Er wordt kosteloos een ontvangstbewijs afgeleverd.
Artikel 4.
Wanneer de gevraagde stukken met de post worden verstuurd, worden de verzendingskosten aan de retributie toegevoegd. Die kosten dienen bij de aanvraag te worden betaald. Zij zijn eveneens verschuldigd en vooruit betaalbaar wanneer artikel 5 van toepassing is.
Artikel 5.
Worden van de retributie vrijgesteld:
1. de stukken die in uitvoering van een wet of van gelijk welk reglement van de administratieve overheid door het gemeentebestuur kosteloos moeten worden afgeleverd;
2. de stukken die afgeleverd worden aan behoeftige personen; de behoeftigheid wordt door ieder overtuigend bewijsstuk gestaafd;
3. de machtigingen aangaande godsdienstige of politieke manifestaties;
4. de machtigingen aangaande activiteiten die als dusdanig reeds het voorwerp uitmaken van een belasting of retributie ten voordele van de gemeente;
5. de stukken die afgeleverd worden aan de gerechtelijke of administratieve overheden, alsook aan instellingen van openbaar nut.
Artikel 6.
Indien de onmiddellijke invordering niet uitgevoerd kan worden, worden deze retributies betaald op rekening van het gemeentebestuur na toezending van een factuur.
Artikel 2.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 286 tot en met 288 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 mee te delen aan de Heer provinciegouverneur terwijl een afschrift van deze beslissing ter kennisgeving en uitvoering wordt overgemaakt aan: