Gelet op het project van de politiezone rond verkeershandhaving en bestuurlijke aanpak van criminaliteit;
Gelet dat in het verkeer regelmatig onveilige verkeerssituaties worden vastgesteld waarbij bestuurders al dan niet voor het plezier de openbare weg onveilig maken: veel te hard rijden, met opzet slippen en driften, enz.;
Gelet dat de omwonenden klagen over overlast en onveiligheid, andere weggebruikers worden, minstens potentieel, in gevaar gebracht;
Gelet dat in dat kader de burgemeester bevoegd is om de nodige maatregelen te nemen die de openbare orde vrijwaren en garanderen;
Gelet op de goedkeuring van het addendum bij het Protocolakkoord bestuurlijke handhaving criminaliteit en onveiligheid op de gemeenteraad van 14 februari 2022;
Gelet dat in een aantal gevallen het noodzakelijk is om voertuigen van roekeloze bestuurders te immobiliseren en van de openbare weg te halen als preventieve maatregel. Het voertuig wordt dan om die reden bestuurlijk in beslag genomen;
Gelet op het besluit van het politiecollege van 11 december 2023 inzake bestuurlijke gunning van de overheidsopdracht voor bestuurlijke takelingen en het stallen van voertuigen;
Deze opdracht is als volgt opgedeeld:
• Perceel 1 (Bestuurlijk takelen en stallen van foutgeparkeerde voertuigen
• Perceel 2 (Bestuurlijk takelen en stallen van foutgeparkeerde voertuigen > 3,5 T op grondgebied LRH);
• Perceel 3 (Bestuurlijk takelen en stallen van verkeersongevallenvoertuigen
• Perceel 4 (Bestuurlijk takelen en stallen van verkeersongevallenvoertuigen > 3,5T op grondgebied LRH).
De looptijd van elk perceel bestaat uit een basisopdracht van 2 jaar, gevolgd door 2 mogelijke verlengingen van telkens 1 jaar. De opdracht kent bijgevolg een definitief einde na 4 jaar.
Overwegende dat in hogergenoemd besluit slechts perceel 2 en 4 konden worden toegewezen, met andere woorden de takelingen en stalling van voertuigen van > 3,5 Ton;
Overwegende dat deze opdracht werd toegewezen aan de Hamse Sleepdienst, Kanaalweg 71, 3980 Tessenderlo - Ham, voor de tarieven voorzien in de tabel toegevoegd in de bijlage.
Gelet dat de politiezone zich engageerde om een nieuwe opdracht uit te schrijven voor de percelen 1 en 3 (voertuigen minder dan of gelijk aan 3,5 ton) maar dat uiteindelijk maar gegund kon worden bij besluit van het politiecollege van 27 mei 2024:
Perceel 1 (Bestuurlijk takelen en stallen van foutgeparkeerde voertuigen
• Perceel 2 (Bestuurlijk takelen en stallen van verkeersongevallenvoertuigen
Gelet op het feit dat deze opdracht gegund werd aan de firma Delveau, Simpernelstraat 19/A te 3511 Kuringen, voor de tarieven voorzien in de tabel toegevoegd in de bijlage.
Overwegende dat het voertuig wordt getakeld door de erkende takeldienst en daarna gestald ter bewaring;
Overwegende dat de stad de takel- en bewaringskosten betaalt aan de takeldienst;
Overwegende dat de kosten die een bestuurlijke inbeslagname met zich meebrengt, dienen doorgerekend te worden aan de roekeloze bestuurder van het voertuig. Het is immers door de roekeloze houding van de bestuurder en het gevaar dat hij/zij voor de gemeenschap vormt dat deze kosten gemaakt dienen te worden.
Overwegende dat de bezitter van het voertuig of de eigenaar van het voertuig/houder van de kentekenplaat de retributie verschuldigd is indien de bestuurder van het voertuig in gebreke blijft;
Overwegende dat de tarieven die in het retributiereglement opgenomen zijn, in functie zijn van de werkelijke kosten die door het takelbedrijf aangerekend worden;
Overwegende dat de retributie bestaat uit een forfaitair bedrag voor de inbeslagname van het voertuig en een bewaarkost per kalenderdag. Aangezien het takelen en stallen van zwaardere voertuigen (boven de 3.500kg maximaal toegelaten massa (MTM)) duurder is, wordt er een differentiatie gemaakt naargelang de zwaarte van het voertuig.
Bevoegdheidsgrond:
Gelet op de artikelen 40 §3, 41, 177, 279, 286 t.e.m. 288 en 326 t.e.m. 341 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Toepasselijke regelgeving:
Gelet op artikel 173 van de Grondwet;
Gelet op de omzendbrief KB ABB 2019/2 van 15 februari 2019 over de gemeentefiscaliteit.
Gelet dat verwacht wordt dat dit in de praktijk slechts zelden zal voorkomen, worden de opbrengsten van deze retributie als minimaal ingeschat;
Gelet dat deze retributie bovendien afgestemd is op de door de gemeente te betalen bewaar- en takelkosten, zal deze retributie in de praktijk geen positieve impact hebben op de financiën van de Stad;
Overwegende dat in de periode dat het reglement werd ingevoerd tot heden er geen enkele retributie in toepassing van dit reglement diende te worden geheven.
Artikel 1.
Met ingang vanaf 1 januari 2026 en voor een termijn eindigend op 31 december 2031 wordt een retributie gevestigd op de bestuurlijke inbeslagname en de stalling van voertuigen op het grondgebied van de stad Herk-de-Stad.
Artikel 2.
In dit reglement wordt verstaan onder:
Artikel 3.
De retributie bestaat uit twee delen en wordt als volgt vastgesteld:
De bewaarkost wordt berekend vanaf de dag dat het voertuig getakeld werd tot en met de dag waarop het voertuig effectief wordt opgehaald en dat ten vroegste op het moment dat de bestuurlijke inbeslagname eindigt, zoals vastgelegd in het burgemeestersbesluit.
Artikel 4.
Wordt de bestuurlijke inbeslagname bevolen bij besluit van de burgemeester maar blijkt het voertuig niet langer aanwezig te zijn waardoor de takeldienst zich wel ter plaatse heeft begeven maar er geen in beslagname kan gebeuren zal toch een retributie verschuldigd zijn van:
Artikel 5.
§ 1. De retributie is verschuldigd door de persoon die de bestuurder/gebruiker was van het voertuig op het moment van de feiten die aanleiding gaven tot de inbeslagname van het voertuig.
§ 2. De houder van de kentekenplaat en/of de eigenaar, dan wel bezitter, van het voertuig is de retributie verschuldigd indien de bestuurder in gebreke blijft.
Artikel 6.
§ 1. De totale retributie is verschuldigd bij opheffing van de bestuurlijke inbeslagname, en dient uiterlijk op het moment van het ophalen van het voertuig betaald te worden.
§ 2. De betaling van de retributie dient contant te gebeuren, bij voorkeur met debet- of creditcard.
§ 3. Op het moment van het ophalen van het voertuig dient de verschuldigde retributie volledig betaald te zijn. Het voertuig wordt niet vrijgegeven zolang de betaling niet voldaan is.
§ 4. Indien de volledige retributie nog niet betaald is op dag waarop men het voertuig zou komen ophalen en/of het voertuig niet opgehaald wordt op de voorziene dag, dan wordt de stalling verlengd en de bijkomende bewaarkost eveneens aangerekend.
§ 5. Ingeval het voertuig niet of niet tijdig wordt opgehaald, is de retributie verschuldigd tot de dag waarop de eigenaar of het voertuig heeft opgehaald of vrijwillig afstand heeft gedaan van zijn voertuig of de dag waarop de gemeente/stad of de takeldienst conform het burgerlijk recht over het voertuig kan beschikken.
Artikel 7.
Bij gebrek aan betaling beschikt het stadsbestuur, met het oog op de invordering, over de mogelijkheid om een dwangbevel uit te vaardigen voor de onbetwiste en opeisbare retributie, zoals voorzien in artikel 177 van het decreet lokaal bestuur. Voor de betwiste retributie kan het stadsbestuur zich tot de burgerlijke rechtbank wenden.
Artikel 8.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 286 tot en met 288 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, mee te delen aan de Heer provinciegouverneur terwijl een afschrift van deze beslissing ter kennisgeving en uitvoering wordt overgemaakt aan: