In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd, wordt navolgend agendapunt toegevoegd door raadslid Johny Franssen namens de N-VA-fractie:
In toepassing van artikel 31 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd, wordt navolgende mondelinge vraag toegevoegd door raadslid Karolien Grosemans namens de N-VA-fractie:
In toepassing van artikel 31 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd, wordt navolgende mondelinge vraag toegevoegd door raadslid Karolien Grosemans namens de N-VA-fractie:
Gelet op de ontwerpnotulen van de gemeenteraad van 11 maart 2024;
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 en 41;
Gelet op het voorinzagerecht;
Na beraadslaging;
De ontwerpnotulen van de gemeenteraad van 11 maart 2024 worden zonder opmerkingen goedgekeurd.
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Overwegende dat het afleveren van allerlei administratieve stukken voor de gemeente lasten meebrengt en dat het aangewezen is hiervoor een gematigde retributie in te vorderen;
Gelet dat deze ontvangsten in naleving van de omzendbrief KB/ABB2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit bij voorkeur als retributie dan als belasting gekwalificeerd worden;
Overwegende dat vanaf 1 juli 2024 Belgen, erkende vluchtelingen of staatlozen die meerderjarig of ontvoogd zijn en die de naam van de vader, de naam van de moeder, een combinatie van die namen in een gekozen volgorde of de naam van een enkele adoptant of gecombineerd met de naam van een andere ouder willen dragen, éénmalig een naamsverandering kunnen aanvragen;
Overwegende dat zij hun aanvraag moeten richten aan de gemeente van hun woonplaats in België, de laatste gemeente van woonplaats in België indien ze in het buitenland verblijven of de stad Brussel bij gebrek aan enige huidige of voormalige woonplaats in België;
Overwegende dat de gemeente de aanvraag binnen een maand moet behandelen;
Overwegende dat de gemeente een retributie kan vaststellen;
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
Gelet op de goedkeuring op de gemeenteraad van 8 februari 2021 van de aanpassing van het reglement inzake de retributie op de afgifte van administratieve stukken;
Gelet op de Wet van 7 januari 2024 tot wijziging van het oud Burgerlijk Wetboek en het Wetboek der registratie-, hypotheek en griffierechten teneinde de procedure voor naamsverandering te versoepelen;
Gelet dat in artikel 2 van het reglement inzake de retributie op de afgifte van administratieve stukken hiervoor een nieuw punt dient te worden ingevoegd;
Gelet dat, in uitvoering van het retributiereglement vastgoedinformatie van 19 februari 2024, punt 7) van artikel 2 van het reglement van 8 februari 2021 inzake de retributie op de afgifte van administratieve stukken dient geschrapt te worden;
Gelet dat in uitvoering van beide wijzigingen een hernummering van artikel 2 wordt doorgevoerd;
Gelet dat voorgesteld wordt om voor de aanpassing van de familienaam dezelfde retributie te heffen als voor de aanpassing van één of meerdere voornamen, met name 150 euro;
Gelet dat de invoering van deze retributie hoogstens een beperkte positieve budgettaire impact zal hebben voor de stad;
"Raadslid Karolien Grosemans verantwoordt haar onthouding namens de N-VA fractie als volgt :
We zijn eigenlijk met ons stemgedrag consequent en verwijzen naar ons stemgedrag van 8 februari 2021 toen dit reglement ook voor lag. We hebben hierbij dezelfde motivering, namelijk dat we vinden dat het een verborgen belastingverhoging is."
Artikel 1.
De gemeenteraad keurt hiernavolgend aangepast retributiereglement op de afgifte van administratieve stukken goed:
Artikel 1.
Er wordt vanaf 1 mei 2024 voor een termijn eindigend op 31 december 2025 een retributie gevestigd op het afleveren door het gemeentebestuur van allerlei administratieve stukken.
Deze retributie is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersonen aan wie het stuk wordt afgeleverd.
Artikel 2.
Het bedrag van de retributie wordt vastgesteld als volgt:
1) Voor de identiteitskaart Belgen: de prijs die de gemeente aan de federale overheid dient te betalen, verhoogd met 3,00 euro, desgevallend afgerond naar de hogere euro.
Voor de vreemdelingenkaart: de prijs die de gemeente aan de federale overheid dient te betalen, verhoogd met 3,00 euro, desgevallend afgerond naar de hogere euro.
Voor de Kids-ID: de prijs die de gemeente aan de federale overheid dient te betalen, verhoogd met 3,00 euro, desgevallend afgerond naar de hogere euro.
2) Voor de huwelijksboekjes:
3) Voor de paspoorten: de prijs die de gemeente aan de federale overheid dient te betalen, verhoogd met 11,00 euro.
4) Voor de rijbewijzen: de prijs die de gemeente aan de federale overheid dient te betalen, verhoogd met 6,00 euro.
5) Voor verzoeken tot vergunningen tot verandering of tot toevoeging van een of meer voornamen: 150,00 euro.
6) Voor verzoeken tot naamsverandering volgens artikel 370/8/1 van het oud Burgerlijk Wetboek: 150,00 euro.
7) Voor natuurvergunning: 55,00 euro (exclusief kosten openbaar onderzoek)
8) Kosten in het kader van verkoop van onroerend goed door de gemeente: de effectieve kostprijs (schattingskosten, administratieve kosten) wordt doorgerekend
9) Aanvragen van een conformiteitsattest:
Deze aanvraag is gratis in volgende gevallen:
10) Retributie voor het maken van kopies bij alle gemeentelijke diensten :
- voor verenigingen:
A4 : 0,10 euro
A4: recto verso : 0,15 euro
A3 : 0,15 euro
met een maximum van 250 kopies per jaar;
- voor privé personen en voor verenigingen bij overschrijding van 250 kopies per jaar:
A4 : 0,15 euro
A4: recto verso : 0,20 euro
A3 : 0,20 euro
11) Voor de eenzijdige verklaring van de beëindiging van het wettelijk samenwonen: 225 euro.
Artikel 3.
De retributie wordt ingevorderd bij het afleveren van het document. De personen die onderworpen zijn aan de retributie zijn eveneens verplicht er het bedrag van in bewaring te geven op het ogenblik van de aanvraag, indien het document niet onmiddellijk kan afgeleverd worden. Er wordt kosteloos een ontvangstbewijs afgeleverd.
Artikel 4.
Wanneer de gevraagde stukken met de post worden verstuurd, worden de verzendingskosten aan de retributie toegevoegd. Die kosten dienen bij de aanvraag te worden betaald. Zij zijn eveneens verschuldigd en vooruit betaalbaar wanneer artikel 5 van toepassing is.
Artikel 5.
Worden van de retributie vrijgesteld:
Artikel 6.
Indien de onmiddellijke invordering niet uitgevoerd kan worden, worden deze retributies betaald op rekening van het gemeentebestuur na toezending van een factuur.
Artikel 7.
De inwerkingtreding van voorliggende reglement vervangt het reglement van 8 februari 2021 inzake de retributie op de afgifte van administratieve stukken.
Artikel 2.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 286 tot en met 288 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, mee te delen aan de Heer provinciegouverneur.
Gelet op de rekening 2023 van kerkfabriek O.L.V. Geboorte Berbroek;
Gelet op de goedkeuring door de kerkraad van kerkfabriek O.L.V. Geboorte Berbroek op 18 januari 2024;
Gelet op de ontvangst van het dossier door het stadsbestuur op 23 februari 2024;
Gelet op de bijkomende gegevens verkregen door Gerard Windmolders;
Gelet op de voorafgaande interne kredietaanpassing;
Overwegende dat het bedrag van de verzekering BA met als vervaldag 1 januari zowel de premie voor het jaar 2023 als 2024 betreft;
Overwegende dat er in 2023 een investeringsbelegging werd gedaan door de aankoop van een staatsbon ten bedrage van 15.000,00 euro;
Gelet dat het overschrijvingsbewijs van deze investeringsbelegging van de werkingsrekening naar de patrimoniumrekening als bijlage wordt toegevoegd;
Gelet op de schrijffout die geslopen is in de aanvullende nota bij de jaarrekening 2023 bij MAR 43 Privaat patrimonium : aankoop staatsbon is voor 15.000,00 euro in plaats van 1.500,00 euro;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd, art. 40-41;
Gelet op artikel 55 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten;
Gelet op de omzendbrieven betreffende de boekhouding van de eredienst, van het Vlaams Ministerie van Bestuurszaken, Agentschap voor Binnenlands Bestuur, Afdeling Lokale en Provinciale Besturen – Financiën en Personeel;
Gelet op de uitbetaalde exploitatietoelage 2023 zoals opgenomen in de jaarrekening 2023 van de kerkfabriek en de rekening van de gemeente :
Exploitatietoelage |
rekening kerkfabriek |
rekening gemeente |
verschil |
O.L.V. Geboorte Berbroek |
€ 7.298,31 |
€ 7.298,31 |
€ 0,00 |
TOTAAL : |
€ 7.298,31 |
€ 7.298,31 |
€ 0,00 |
Gelet op de uitbetaalde investeringstoelage 2023 zoals opgenomen in de jaarrekening 2023 van de kerkfabriek en de rekening van de gemeente :
Investeringstoelage |
rekening kerkfabriek |
rekening gemeente |
verschil |
O.L.V. Geboorte Berbroek |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
TOTAAL : |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
Artikel 1.
De bovenvermelde rekening voor het dienstjaar 2023 van kerkfabriek O.L.V. Geboorte Berbroek GUNSTIG te adviseren.
Artikel 2.
Deze rekening ter goedkeuring aan de Heer provinciegouverneur voor te leggen.
Artikel 3.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 286 tot en met 288 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 mee te delen aan de heer Provinciegouverneur terwijl een afschrift van deze beslissing ter kennisgeving en uitvoering wordt overgemaakt aan:
- De Heer provinciegouverneur
- De Heer Piet Rymen, expert Centraal Kerkbestuur Herk-de-Stad
- Dienst Financiën
Gelet op de rekening 2023 van kerkfabriek Sint-Martinus Herk-de-Stad;
Gelet op de goedkeuring door de kerkraad van kerkfabriek Sint-Martinus Herk-de-Stad op 23 januari 2024;
Gelet op de ontvangst van het dossier door het stadsbestuur op 23 februari 2024;
Gelet op de bijkomende gegevens verkregen door Chantal Lucas;
Gelet op de voorafgaande interne kredietaanpassing en budgetwijziging;
Gelet dat er in 2024 door de gemeente een investeringstoelage van 4.780,09 euro werd uitbetaald aan kerkfabriek Sint-Martinus Herk-de-Stad waardoor de negatieve Z-waarde per 31 december 2023 op 0 komt;
Overwegende dat er in de jaarrekening voor 30.507,90 euro investeringsontvangsten waren bestaande uit 14.507,90 euro investeringstoelage ontvangen van de gemeente en een overboeking van 16.000,00 euro van exploitatie naar investeringen mits toestemming van de gemeente;
Overwegende dat er in de jaarrekening voor 35.287,99 euro investeringsuitgaven werden gedaan bestaande uit 19.507,90 euro voor herstelling aan het torenuurwerk en dak van de Sint-Martinuskerk en 15.780,09 euro om dringende herstellingen uit te voeren op het adres Markt 24;
Gelet op het feit dat na vaststelling van het ontbreken van het laatste bankafschrift van de werkingsrekening ons dit werd bezorgd;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd, art.40-41;
Gelet op artikel 55 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten;
Gelet op de omzendbrieven betreffende de boekhouding van de eredienst, van het Vlaams Ministerie van Bestuurszaken, Agentschap voor Binnenlands Bestuur, Afdeling Lokale en Provinciale Besturen – Financiën en Personeel;
Gelet op de uitbetaalde exploitatietoelage 2023 zoals opgenomen in de jaarrekening 2023 van de kerkfabriek en de rekening van de gemeente :
Exploitatietoelage |
rekening kerkfabriek |
rekening gemeente |
verschil |
Sint-Martinus Herk-de-Stad |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
TOTAAL : |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
Gelet op de uitbetaalde investeringstoelage 2023 zoals opgenomen in de jaarrekening 2023 van de kerkfabriek en de rekening van de gemeente :
Investeringstoelage |
rekening kerkfabriek |
rekening gemeente |
verschil |
Sint-Martinus Herk-de-Stad |
€ 14.507,90 |
€ 14.507,90 |
€ 0,00 |
TOTAAL : |
€ 14.507,90 |
€ 14.507,90 |
€ 0,00 |
Artikel 1.
De bovenvermelde rekening voor het dienstjaar 2023 van kerkfabriek Sint-Martinus Herk-de-Stad GUNSTIG te adviseren.
Artikel 2.
Deze rekening ter goedkeuring aan de Heer provinciegouverneur voor te leggen.
Artikel 3.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 286 tot en met 288 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 mee te delen aan de heer Provinciegouverneur terwijl een afschrift van deze beslissing ter kennisgeving en uitvoering wordt overgemaakt aan:
- De Heer provinciegouverneur
- De Heer Piet Rymen, expert Centraal Kerkbestuur Herk-de-Stad
- Dienst Financiën
Gelet op de rekening 2023 van kerkfabriek O.L.V. Onbevlekt Ontvangen Schakkebroek;
Gelet op de goedkeuring door de kerkraad van kerkfabriek O.L.V. Onbevlekt Ontvangen Schakkebroek op 1 februari 2024;
Gelet op de ontvangst van het dossier door het stadsbestuur op 23 februari 2024;
Gelet op de bijkomende gegevens verkregen door Nico Ballet;
Gelet op de voorafgaande interne kredietaanpassing;
Overwegende dat de verzekering BA pas in 2024 betaald werd;
Overwegende dat de ontvangsten uit het privaat patrimonium van de kerkfabriek lager liggen dan de uitgaven zodanig dat de gemeente eigenlijk het privaat patrimonium van de kerkfabriek aan het subsidiëren is terwijl het net de bedoeling zou moeten zijn dat het privaat patrimonium bijdraagt tot de zelfbedruipendheid van de kerkfabriek;
Gelet dat door de herziening van de intrestvoet van de doorgeefleningen, dewelke de gemeente is aangegaan voor kerkfabriek O.L.V. Onbevlekt Ontvangen Schakkebroek, de intresten zijn verhoogd wat een negatieve invloed heeft op het resultaat;
Overwegende dat er in de jaarrekening voor 31.850,00 euro investeringsontvangsten waren bestaande uit 1.850,00 euro vervallen beleggingen en 30.000,00 euro van de patrimoniumrekening om het kastekort te financieren met eigen middelen;
Overwegende dat er in de jaarrekening voor 18.714,26 euro investeringsuitgaven werden gedaan bestaande uit 3.714.26 euro ereloon en ontwerpuitgaven voor het privaat patrimonium en een terugstorting van 15.000,00 euro naar de patrimoniumrekening dewelke in het jaar 2021 werd afgehaald;
Gelet dat de 1.650,00 euro erelonen en ontwerpuitgaven waren voor het privaat patrimonium en niet voor de woning van de bedienaar zoals vermeld in de jaarrekening ( MAR 4122);
Overwegende dat het saldo van de patrimoniumrekening Belfius vermeld in de jaarrekening (13.262,73 euro) niet overeenstemt met het saldo per 31 december 2023 op het bankafschrift (13.332,72 euro) omdat er 70,00 euro te weinig bankintresten werden geboekt en deze dus nog in 2024 dienen geboekt te worden op de MAR 133;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd, art.40-41;
Gelet op artikel 55 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten;
Gelet op de omzendbrieven betreffende de boekhouding van de eredienst, van het Vlaams Ministerie van Bestuurszaken, Agentschap voor Binnenlands Bestuur, Afdeling Lokale en Provinciale Besturen – Financiën en Personeel;
Gelet op de uitbetaalde exploitatietoelage 2023 zoals opgenomen in de jaarrekening 2023 van de kerkfabriek en de rekening van de gemeente :
Exploitatietoelage |
rekening kerkfabriek |
rekening gemeente |
verschil |
O.L.V. Onbevlekt Ontvangen Schakkebroek |
€ 51.780,70 |
€ 51.780,70 |
€ 0,00 |
TOTAAL : |
€ 51.780,70 |
€ 51.780,70 |
€ 0,00 |
Gelet op de uitbetaalde investeringstoelage 2023 zoals opgenomen in de jaarrekening 2023 van de kerkfabriek en de rekening van de gemeente :
Investeringstoelage |
rekening kerkfabriek |
rekening gemeente |
verschil |
O.L.V. Onbevlekt Ontvangen Schakkebroek |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
TOTAAL : |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
Artikel 1.
De bovenvermelde rekening voor het dienstjaar 2023 van kerkfabriek O.L.V. Onbevlekt Ontvangen Schakkebroek GUNSTIG te adviseren op voorwaarde dat de intresten van de patrimoniumrekeningen als exploitatieontvangsten worden geboekt op de MAR 133.
Artikel 2.
Deze rekening ter goedkeuring aan de Heer provinciegouverneur voor te leggen.
Artikel 3.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 286 tot en met 288 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 mee te delen aan de heer Provinciegouverneur terwijl een afschrift van deze beslissing ter kennisgeving en uitvoering wordt overgemaakt aan:
- De Heer provinciegouverneur
- De Heer Piet Rymen, expert Centraal Kerkbestuur Herk-de-Stad
- Dienst Financiën
Gelet op de rekening 2023 van kerkfabriek Sint-Jan-de-Doper Schulen;
Gelet op de goedkeuring door de kerkraad van kerkfabriek Sint-Jan-de-Doper Schulen op 8 februari 2024;
Gelet op de ontvangst van het dossier door het stadsbestuur op 23 februari 2024;
Gelet op de bijkomende gegevens verkregen door Piet Rymen;
Gelet op de voorafgaande interne kredietaanpassing;
Gelet dat het saldo van de 2 werkingsrekeningen bij Argenta, vermeld in de jaarrekening, niet overeenstemde met de toegevoegde bankafschriften maar dat ons de juiste bankafschriften per 31 december 2023 werden bezorgd;
Gelet dat het saldo van de patrimoniumrekening bij Argenta, vermeld in de jaarrekening, niet overeenstemde met de toegevoegde bankafschriften maar dat ons het juiste bankafschrift per 31 december 2023 werd bezorgd;
Overwegende dat de intresten van de patrimoniumrekeningen niet als exploitatieontvangsten werden geboekt, meer bepaald op de MAR 133;
Overwegende dat er in 2023 voor 72.284,00 euro beleggingen waren vervallen en deze in 2023 terug belegd werden;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd, art.40-41;
Gelet op artikel 55 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten;
Gelet op de omzendbrieven betreffende de boekhouding van de eredienst, van het Vlaams Ministerie van Bestuurszaken, Agentschap voor Binnenlands Bestuur, Afdeling Lokale en Provinciale Besturen – Financiën en Personeel;
Gelet op de uitbetaalde exploitatietoelage 2023 zoals opgenomen in de jaarrekening 2023 van de kerkfabriek en de rekening van de gemeente :
Exploitatietoelage |
rekening kerkfabriek |
rekening gemeente |
verschil |
Sint-Jan-de-Doper Schulen |
€ 21.100,28 |
€ 21.100,28 |
€ 0,00 |
TOTAAL : |
€ 21.100,28 |
€ 21.100,28 |
€ 0,00 |
Gelet op de uitbetaalde investeringstoelage 2023 zoals opgenomen in de jaarrekening 2023 van de kerkfabriek en de rekening van de gemeente :
Investeringstoelage |
rekening kerkfabriek |
rekening gemeente |
verschil |
Sint-Jan-de-Doper Schulen |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
TOTAAL : |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
€ 0,00 |
Artikel 1.
De bovenvermelde rekening voor het dienstjaar 2023 van kerkfabriek Sint-Jan-de-Doper Schulen GUNSTIG te adviseren op voorwaarde dat de intresten van de patrimoniumrekeningen als exploitatieontvangsten worden geboekt op de MAR 133.
Artikel 2.
Deze rekening ter goedkeuring aan de Heer provinciegouverneur voor te leggen.
Artikel 3.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 286 tot en met 288 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 mee te delen aan de heer Provinciegouverneur terwijl een afschrift van deze beslissing ter kennisgeving en uitvoering wordt overgemaakt aan:
- De Heer provinciegouverneur
- De Heer Piet Rymen, expert Centraal Kerkbestuur Herk-de-Stad
- Dienst Financiën
Gelet op de rekening 2023 van kerkfabriek O.L.V. Geboorte Donk;
Gelet op de goedkeuring door de kerkraad van kerkfabriek O.L.V. Geboorte Donk op 19 februari 2024;
Gelet op de ontvangst van het dossier door het stadsbestuur op 23 februari 2024;
Gelet op de bijkomende gegevens verkregen door Johnny Jamar;
Gelet op de voorafgaande interne kredietaanpassing en budgetwijziging;
Overwegende dat kerkfabriek O.L.V. Geboorte Donk in 2022 herstellingen aan de kerk heeft laten uitvoeren voor 14.905,86 euro en hiervoor 7.391,34 euro toelage van de Vlaamse Overheid heeft ontvangen;
Overwegende dat kerkfabriek O.L.V. Geboorte Donk het resterende bedrag, zijnde 7.514,52 euro, als investeringstoelage van de gemeente heeft ontvangen;
Gelet dat het gaat om een investeringstoelage voor het hoofdgebouw (MAR 3100) en niet voor de woning van de bedienaar (MAR 3120);
Overwegende dat de intresten van de patrimoniumrekeningen niet als exploitatieontvangsten werden geboekt, meer bepaald op de MAR 133;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd, art.40-41;
Gelet op artikel 55 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten;
Gelet op de omzendbrieven betreffende de boekhouding van de eredienst, van het Vlaams Ministerie van Bestuurszaken, Agentschap voor Binnenlands Bestuur, Afdeling Lokale en Provinciale Besturen – Financiën en Personeel;
Gelet op de uitbetaalde exploitatietoelage 2023 zoals opgenomen in de jaarrekening 2023 van de kerkfabriek en de rekening van de gemeente :
Exploitatietoelage |
rekening kerkfabriek |
rekening gemeente |
verschil |
O.L.V. Geboorte Donk |
€ 10.694,45 |
€ 10.694,45 |
€ 0,00 |
TOTAAL : |
€ 10.694,45 |
€ 10.694,45 |
€ 0,00 |
Gelet op de uitbetaalde investeringstoelage 2023 zoals opgenomen in de jaarrekening 2023 van de kerkfabriek en de rekening van de gemeente :
Investeringstoelage |
rekening kerkfabriek |
rekening gemeente |
verschil |
O.L.V. Geboorte Donk |
€ 7.514,52 |
€ 7.514,52 |
€ 0,00 |
TOTAAL : |
€ 7.514,52 |
€ 7.514,52 |
€ 0,00 |
Artikel 1.
De bovenvermelde rekening voor het dienstjaar 2023 van kerkfabriek O.L.V. Geboorte Donk GUNSTIG te adviseren op voorwaarde dat de intresten van de patrimoniumrekeningen als exploitatieontvangsten worden geboekt op de MAR 133.
Artikel 2.
Deze rekening ter goedkeuring aan de Heer provinciegouverneur voor te leggen.
Artikel 3.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 286 tot en met 288 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 mee te delen aan de heer Provinciegouverneur terwijl een afschrift van deze beslissing ter kennisgeving en uitvoering wordt overgemaakt aan:
- De Heer provinciegouverneur
- De Heer Piet Rymen, expert Centraal Kerkbestuur Herk-de-Stad
- Dienst Financiën
Gelet op het ondertekenen door de gemeente Herk-de-Stad van het Burgemeestersconvenant 2030 (of 2050), aangaande de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen;
Gelet op het Lokaal Energie- en Klimaatpact van de Vlaamse Regering en de Vlaamse steden en gemeenten van 4 juni 2021 aangaande het verbintenissen engagement inzake de algemenen engagementen en de vier werven behoudend 16 specifieke doelstellingen;
Gelet op art. 2 van het Decreet Lokaal Bestuur: 'De gemeenten zijn overeenkomstig artikel 41 van de Grondwet bevoegd voor de aangelegenheden van gemeentelijk belang. Voor de verwezenlijking daarvan kunnen ze alle initiatieven nemen. Ze beogen om bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van het gemeentelijk gebied;
Overwegende dat de gemeente Herk-de-Stad het Lokaal Energie- en Klimaatpact 1.0 ondertekende op 13 september 2021;
Overwegende dat de gemeente Herk-de-Stad het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.0 ondertekende op 22 oktober 2022;
Overwegende dat binnen het Lokaal Energie- en Klimaatpact een jaarlijkse inhoudelijke rapportering met betrekking tot de voorgang moet opgemaakt worden dat na voorleggen aan de gemeenteraad bij Agentschap Binnenlands Bestuur moet ingediend worden;
Overwegende dat hiervoor gebruik gemaakt wordt van het Lokaal Klimaatpactportaal, waar de Vlaamse overheid de monitoring van de doelstellingen bijhoudt;
Overwegende dat men in bijlage het rapport kan terugvinden;
Overwegende dat dit rapport een aangepast rapport is aangezien er foutieve informatie te vinden is op het LEKP-portaal. Tijdens een overleg op de provincie d.d. 8 februari 2024 werd er gevraagd om de rapporteren enkel zichtbaar te zetten voor de gemeentes als werkdocument;
Overwegende de volgende bemerkingen:
Overwegende dat de rapportage van de primaire energiebesparing en de CO2- energiereductie uit de LEKP rapportage dateert van 31 december 2024 en dat er in februari 24 een update zou moeten zijn. Maar tot op heden is er nog geen update. Het rapport hebben we al via mail binnen gekregen en hier zien we het volgende:
In dit rapport is er een daling terug te vinden van -3,27 procent voor de CO2 Uitstoot van het patrimonium 2021 ten opzichte van 2019 voor de gemeente Herk-de-Stad en van en van daling van 11,02 procent voor het AGB van Herk-de-Stad,
Ook is er een daling van 22,69 procent terug te vinden voor de CO2- uitstoot van de eigen mobiliteit;
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;Gelet op art. 2 van het Decreet Lokaal Bestuur: 'De gemeenten zijn overeenkomstig artikel 41 van de Grondwet bevoegd voor de aangelegenheden van gemeentelijk belang. Voor de verwezenlijking daarvan kunnen ze alle initiatieven nemen. Ze beogen om bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van het gemeentelijk gebied.'
Artikel 1.
De gemeenteraad neemt kennis van de rapportering 2023 in verband met het Lokaal Energie- en Klimaatpact. Dit rapport is in bijlage bij deze beslissing terug te vinden.
Artikel 2.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 286 tot en met 288 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 mee te delen aan de heer Provinciegouverneur terwijl een afschrift van deze beslissing ter kennisgeving en uitvoering wordt overgemaakt aan Agentschap Binnenlands Bestuur.
Overwegende dat in het kader van de opdracht 'raamovereenkomst aankoop werkkledij 2024 (3 X verlengbaar)' een bestek met nr. 2024-0027 werd opgesteld door de Technische dienst;
Overwegende dat deze opdracht als volgt is opgedeeld:
Overwegende dat de totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 69.332,00 excl. btw of € 83.891,72 incl. 21% btw;
Overwegende dat de opdracht zal worden afgesloten voor een duur van 12 maanden 3 X met 1 jaar verlengbaar (totaal 48 maanden);
Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking;
Overwegende dat het bestuur bij het opstellen van de lastvoorwaarden voor deze opdracht niet beschikte over de exact benodigde hoeveelheden;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikel 56, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 143.000,00 niet) en artikel 57 en artikel 43;
Gelet op het KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;
Gelet op het KB van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 90, 1°;
Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het exploitatiebudget van 2024, op budgetcodes:
en in het budget van de volgende jaren;
Artikel 1.
Goedkeuring wordt verleend aan het bestek met nr. 2024-0027 en de raming voor de opdracht 'raamovereenkomst aankoop werkkledij 2024 (3 X verlengbaar)', opgesteld door de Technische dienst. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt € 69.332,00 excl. btw of € 83.891,72 incl. 21% btw.
Artikel 2.
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Artikel 3.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het exploitatiebudget van 2024, op :
Gelet op de brief d.d. 06/03/2024 en de mail d.d. 13/03/2024 waarin woonmaatschappij Wonen in Limburg aan de gemeenteraad vraagt om een afgevaardigde aan te stellen die de stad vanaf heden en tot 31/12/2024 zal vertegenwoordigen op de (bijzondere) algemene vergadering(en);
Gelet op het feit dat op woensdag 29 mei 2024 de eerste algemene vergadering van Wonen in Limburg BV zal plaatsvinden;
Gelet op het feit dat Wonen in Limburg hierbij ook toestemming vraagt om alle documenten en informatie in het kader van deze (bijzondere) algemene vergadering(en) via mail aan de stad en de afgevaardigde over te maken;
Overwegende dat de eerste algemene vergadering zal plaatsvinden op 29 mei 2024 en gevraagd wordt om tegen uiterlijk 22 april 2024 een afgevaardigde van de stad aan te duiden voor de (bijzondere) algemene vergadering(en) van de woonmaatschappij Wonen in Limburg;
Gelet op artikel 40 en 41 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
Gelet op artikel 432, tweede lid van het Decreet Lokaal Bestuur: de algemene vergadering [van de DV en OV] is samengesteld uit de vertegenwoordigers van de deelnemers. Voor de gemeenten worden ze rechtstreeks aangewezen door de gemeenteraden uit hun leden.
Gelet op het decreet van 9 juli 2021 houdende wijzigingen van diverse decreten met betrekking tot wonen, waarbij een regelgevend kader met betrekking tot de woonmaatschappijen wordt gecreëerd;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2021 tot wijziging van verschillende besluiten over wonen;
Gelet op de Vlaamse Codex Wonen van 2021 (VCW);
Gelet op het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW), artikel 6.23;
De voorzitter gaat over tot geheime stemming.
21 ja-stemmen, 0 neen-stemmen, 1 onthouding en 0 blanco stemmen.
Lore Michiels heeft de volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen bekomen.
Artikel 1.
Lore Michiels wordt, bij geheime stemming, aangeduid als afgevaardigde om de stad te vertegenwoordigen in de (bijzondere) algemene vergadering van de woonmaatschappij Wonen in Limburg BV.
Artikel 2.
Aan Wonen in Limburg BV wordt de toestemming gegeven om alle documenten en informatie aangaande de (bijzondere) algemene vergadering(en) tot 31.12.2024 per e-mail aan de Herk-de-Stad over te maken. De info mag verstuurd worden naar Lore Michiels, via volgend e-mailadres: lore.michiels@herk-de-stad.be.
Artikel 3.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 286 tot en met 288 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 mee te delen aan de heer Provinciegouverneur terwijl een afschrift van deze beslissing ter kennisgeving en uitvoering wordt overgemaakt aan:
Gelet op de noodzaak om deze gewestelijke vaststeller gemeentelijke administratieve sancties aan te stellen met het oog op de sanctionering via een gemeentelijke administratieve sanctie van overtredingen op de bepalingen van gemeentelijke reglementering die binnen hun welomschreven bevoegdheid te situeren zijn;
Overwegende dat deze gewestelijke vaststeller enkel binnen de omschreven bevoegdheid mag optreden;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 13 maart 2023 waarbij goedkeuring gegeven werd aan de aanstelling van gewestelijke vaststellers van OVAM als verbaliserende ambtenaren in toepassing van de gemeentelijke administratieve sancties;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 19 juni 2023 waarbij goedkeuring werd gegeven aan de aanstelling van extra gewestelijke vaststellers gemeentelijke administratieve sancties;
Overwegende de toepassing van de nieuwe GAS-wet sinds 8 januari 2024;
Overwegende dat één van de wijzigingen inhoudt dat de GAS-vaststellers niet meer bij naam aangesteld moeten worden;
Overwegende dat de aanstelling van OVAM als entiteit inhoudt dat deze aanstelling blijvend geldig is indien er interne personeelsverschuivingen zouden plaatsvinden binnen OVAM;
Overwegende dat de GAS-vaststellers van OVAM hiervoor werden opgeleid en dat zij de vereiste expertise van vaststellers hebben verworven doordat deze opdracht behoort tot hun courant takenpakket;
Gelet op de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, en meer in het bijzonder artikel 21 §1, 2°, en de latere wijziging van 12 september 2023;
Gelet op het KB van 21 december 2013 tot vaststelling van de minimumvoorwaarden inzake selectie, aanwerving, opleiding en bevoegdheid van de ambtenaren en personeelsleden die bevoegd zijn tot vaststelling van inbreuken die aanleiding kunnen geven tot de oplegging van een gemeentelijke administratieve sanctie;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 3 april 2017 tot vaststelling van het gemeentelijk reglement betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, zoals gewijzigd door het besluit van de gemeenteraad van 11 januari 2021 en hierna gewijzigd door het besluit van de gemeenteraad van 8 januari 2024;
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd, artikel 40 + 41;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Artikel 1.
De gemeenteraad beslist om, ingevolge de nieuwe GAS-wet, OVAM aan te stellen als gewestelijk vaststeller, waarbij de personeelsleden aangeduid worden door de leidende ambtenaar van de entiteit en een vaststellingsbevoegdheid krijgen voor de gemeentelijke administratieve sancties van de stad Herk-de-Stad.
Artikel 2.
Deze vaststeller wordt gemandateerd door de gemeenteraad voor het schrijven van processen-verbaal voor inbreuken op de hiernavolgende artikelen van de gemeentelijke politiecodex:
Voor wat betreft het sluikstorten van afvalstoffen:
Artikel 52.
Het is verboden om het privédomein, het openbaar domein of de voor het publiek toegankelijke plaatsen te bevuilen, hetzij door eigen toedoen, hetzij door toedoen van de personen, dieren, voertuigen of zaken waarop men toezicht heeft of waarover men zeggenschap heeft. Het gaat bijvoorbeeld om het weggooien van verpakkingen van
snoep en andere snacks, flessen, blikjes, sigarettenpeuken, kauwgum, papier, vruchtenschillen en andere afvalstoffen, maar evenzeer om het achterlaten van olie of andere vloeistoffen afkomstig van eender welk voertuig.
Artikel 54.
Het is verboden in of naast de openbare vuilnisbakken ander dan ter plaatse geproduceerd afval te deponeren.
Artikel 55.
Het is verboden om het even welke afvalstof te sluikstorten. Onder sluikstorten wordt verstaan: het achterlaten, opslaan of storten van om het even welke afvalstof op openbare en private wegen, plaatsen en terreinen, op een wijze of tijdstip dat niet overeenstemt met deze verordening en andere wettelijke bepalingen.
Artikel 56.
Het is verboden om eender welk afval achter te laten naast de daartoe voorziene (ondergrondse) (kleding)container, glasbol, vuilnisbak of enig ander afvalrecipiënt.
Voor wat betreft netheid rond verkoopsinrichtingen:
Artikel 62.
De uitbaters van voedingswinkels, cafés alsook de houders van kramen op foren of markten, de verkopers van buiten de inrichting te verbruiken etenswaren en dranken en de houders van drank- en/of voedselautomaten, moeten de nodige voorzorgsmaatregelen treffen opdat hun klanten de openbare ruimte rond hun handel niet zouden vervuilen. Dit houdt onder andere in dat men degelijke en goed zichtbare en bereikbare vuilnisbakken moet plaatsen. Men moet eveneens instaan voor het rein houden van deze vuilnisbakken, het ledigen en bergen ervan. Men moet ook instaan voor het reinigen van de onmiddellijke omgeving rondom de inrichting. Indien wordt nagelaten de openbare ruimte rond de inrichting te reinigen, kan ambtshalve worden overgegaan tot de reiniging van het openbaar domein op kosten van de uitbater.
Voor wat betreft dieren:
Artikel 70.
De eigenaar of begeleider van een hond moet ervoor zorgen dat zijn/haar dier het openbaar– en/of privédomein niet bevuilt met zijn uitwerpselen. De eigenaar of begeleider moet steeds in het bezit zijn van voldoende zakjes of andere geschikte voorwerpen om de uitwerpselen van zijn/haar dier op te ruimen. Het zakje moet op het eerste verzoek van een bevoegd ambtenaar getoond kunnen worden. In geval van bevuiling van het openbaar domein is de eigenaar of begeleider van een hond verplicht om de uitwerpselen onmiddellijk te verwijderen. Indien hij dit niet doet, kan ambtshalve worden overgegaan tot verwijdering van de uitwerpselen en reiniging van het openbaar domein op kosten van de overtreder. Deze regels zijn niet van toepassing op blinden en andere gehandicapte personen met een geleidehond die zelf fysisch gezien niet in staat zijn om de uitwerpselen te verwijderen.
Artikel 71.
De plaatsen die specifiek zijn voorzien voor het deponeren van hondenuitwerpselen, de zogenaamde hondentoiletten, dienen eveneens in zindelijke toestand gehouden te worden door de eigenaars of begeleiders van honden. Dit betekent onder andere dat uitwerpselen van honden steeds opgeruimd moeten worden.
Voor wat betreft afval van huisdieren:
Artikel 113.
De eigenaars en houders van huisdieren zijn verplicht te beletten dat de voetpaden en aanpalende huizen, bermen tussen voetpad en rijweg, begraafplaatsen, openbare parken, bossen, tuinen, speelpleinen en andere voor het publiek toegankelijke zones alsmede de fiets- en rijwegen bevuild worden door hun dieren. Enkel op voorziene locaties mogen de dieren zich ontlasten. Indien uitwerpselen terecht komen op de voornoemde plaatsen, is de eigenaar of houder van het dier verplicht deze uitwerpselen te verwijderen en te deponeren in een straatvuilcontainer of een speciaal daarvoor voorzien inzamelrecipiënt voor dierlijke uitwerpselen of moet de eigenaar of houder er voor zorgen dat deze uitwerpselen verwijderd worden en voldoende verpakt en samen met het huisvuil meegegeven worden met de gemeentelijke inzameling van huisvuil. De voormelde verplichtingen ontslaan de aangelanden echter niet van hun eigen verplichtingen om de openbare weg rein te houden. De begeleiders van huisdieren zijn verplicht een zakje voor het verwijderen van de uitwerpselen van hun dier in bezit te hebben. Het zakje dient op het verzoek van de politie getoond te worden. De bepalingen van artikel 7, lid 1 tot en met 4 zijn niet van toepassing op blindengeleide- en assistentiehonden.
Artikel 3.
Indien het project van OVAM medegefinancierd door Fostplus zal stopgezet worden, wordt de aanstelling van de entiteit OVAM als gewestelijke vaststeller GAS teniet gedaan.
Artikel 4.
Onderhavig raadsbesluit in toepassing van artikel 286 tot en met 288 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 mee te delen aan de heer Provinciegouverneur terwijl een afschrift van deze beslissing ter kennisgeving en uitvoering wordt overgemaakt aan:
- OVAM,
- de sanctionerend ambtenaar.
De gemeenteraad neemt kennis van :
- Fluvius Opdrachthoudende Vereniging : Notulen Raad van Bestuur van 10 januari 2024;
- s-Lim Dienstverlenende Vereniging : Notulen Raad van Bestuur van 7 februari 2024;
- Fluvius Limburg Opdrachthoudende Vereniging : Notulen RBC Zuid-West van 16 januari 2024;
- Fluvius Limburg Opdrachthoudende Vereniging : Notulen RBC Noord van 16 januari 2024;
- Fluvius Limburg Opdrachthoudende Vereniging : Notulen RBC Oost van 22 januari 2024;
- Fluvius Limburg Opdrachthoudende Vereniging : Notulen Raad van Bestuur van 6 februari 2024;
Er zijn geen kennisgevingen van de briefwisseling gericht aan de voorzitter.
Aan verschillende gemeentelijke gebouwen zien we de Belgische vlag wapperen. Vlaggen geven altijd een feestelijke stemming. Het gezegde: des te meer vlaggen des te meer vreugde indachtig zou ik de gemeenteraad er willen op wijzen dat de Vlaamse Gemeenschap hier richtlijnen over heeft geschreven die nageleefd dienen te worden.
Op dit vlak gaat het in onze gemeente al eens fout. Als voorbeelden wil ik de gebouwen van de technische dienst aanhalen waar eenzaam en alleen de Belgische vlag wappert. Een Vlaamse en Limburgse vlag zou hier zeker niet misstaan.
Aan de brandweerkazerne van Herk-de-Stad wappert sedert jaar en dag ook alleen de Belgische vlag. Zelfs op 11 juli speelt men het klaar om enkel en alleen deze te gebruiken. Dit druist zeker in tegen de regelgeving en lijkt wel op provocatie. In het verleden hebben we voor minder grove kritiek moeten slikken.
De verschillende overheden in Vlaanderen hebben elk hun eigen vlag. De officiële vlag van de Vlaamse Gemeenschap is geel met een zwarte leeuw, met rode klauwen en een rode tong.
In bijlage stuur ik de richtlijnen mee zodat jullie daar kunnen op terugvallen om de regelgeving te laten toepassen.
Gelet op de reactie van burgemeester Bert Moyaers :
Ik ga akkoord met de inhoud van dit bijgevoegd agendapunt en vraag dan ook aan de voorzitter de raad te verzoeken over te gaan tot de stemming.
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, artikel 40 + 41;
Artikel 1.
De gemeenteraad beslist om aan de gemeentelijke gebouwen bij de bevlagging de vlag van de Vlaamse Gemeenschap en de Limburgse vlag samen met de Belgische vlag uit te hangen.
Artikel 2.
De gemeenteraad vraagt dat men nauwlettend toeziet dat de richtlijnen voor de bevlagging aan de officiële gebouwen worden toegepast zoals voorzien door de Vlaamse overheid.
Artikel 3.
Het CBS wordt gemandateerd om deze beslissing uit te voeren.
In februari 2020 vraagt de Herkse Erfgoedraad aan het gemeentebestuur om de wijzerplaat van de Oude Toren in Schulen te renoveren. De Oude Toren is sinds 1950 een beschermd monument. De wijzerplaat is in slechte staat en dreigt verloren te gaan. Er wordt geen gevolg aan gegeven.
Onze fractie agendeert de renovatie van de wijzerplaat op de gemeenteraad van mei 2023. Ons toegevoegd agendapunt wordt unaniem goedgekeurd. Er wordt beslist om de wijzerplaat te renoveren en een gedenkplaat aan te brengen ter ere van de maker van de wijzerplaat, de smid Arnold Mulckers.
In een beslissing van het schepencollege leest onze fractie nadien dat het gemeentebestuur nadien van idee verandert. In het punt lezen we dat het bestuur eerst de opdracht zal geven aan Monumentenwacht Limburg om de Oude Toren volledig te inspecteren. Het bestuur zal Monumentenwacht Limburg vragen naar een gedetailleerd rapport en een grondige kostenraming. In de beslissing van het schepencollege staat het echter anders genoteerd: daar lezen we dat conform de gemeenteraadsbeslissing de wijzerplaat zal worden gerenoveerd en in een tweede fase Monumentenwacht Limburg zal worden gecontacteerd om een rapport op te maken.
In dit kader de volgende vragen:
- Het toegevoegd punt werd in de gemeenteraad goedgekeurd. Overeenkomstig het decreet lokaal bestuur moet het college van burgemeester en schepenen de besluiten van de gemeenteraad uitvoeren. Op basis van een uitspraak van de toezichthoudende overheid in een gelijkaardige zaak geeft deze als uitzondering: “Wanneer obstakels opduiken die verhinderen dat een gemeenteraadsbesluit binnen de vooropgestelde termijn door het college wordt uitgevoerd, moet de gemeenteraad daarover worden ingelicht en moeten de redenen van het uitstel van het uitvoeren van de beslissing aan de raad worden meegedeeld”. Waarom werd de gemeenteraad niet op de hoogte gebracht van de nieuwe beslissing? Hoe motiveert het gemeentebestuur het wijzigen van de gemeenteraadsbeslissing?
- Het punt in het schepencollege zorgt voor verwarring aangezien het motiverend deel (eerst rapport Monumentenwacht) afwijkt van het beslissend deel (eerst renovatie wijzerplaat, rapport Monumentenwacht in tweede fase). Kunnen de gemeenteraadsleden ervan uitgaan dat het beslissend deel correct is?
- Het punt renovatie wijzerplaat Oude Toren werd bijna een jaar geleden goedgekeurd. Welke stappen werden inmiddels ondernomen?
Gelet op de antwoorden op de vragen gegeven door schepen Mark Vanleeuw :
1) Het toegevoegd punt werd in de gemeenteraad goedgekeurd. Overeenkomstig het decreet lokaal bestuur moet het college van burgemeester en schepenen de besluiten van de gemeenteraad uitvoeren. Op basis van een uitspraak van de toezichthoudende overheid in een gelijkaardige zaak geeft deze als uitzondering: “Wanneer obstakels opduiken die verhinderen dat een gemeenteraadsbesluit binnen de vooropgestelde termijn door het college wordt uitgevoerd, moet de gemeenteraad daarover worden ingelicht en moeten de redenen van het uitstel van het uitvoeren van de beslissing aan de raad worden meegedeeld”. Waarom werd de gemeenteraad niet op de hoogte gebracht van de nieuwe beslissing? Hoe motiveert het gemeentebestuur het wijzigen van de gemeenteraadsbeslissing?
U heeft de overwegingen in het agendapunt goed geciteerd en deze zouden u kunnen doen geloven dat het schepencollege een tegendraadse beslissing genomen heeft tegen de beslissing van de gemeenteraad van 15 mei 2023 in.
2) Het punt in het schepencollege zorgt voor verwarring aangezien het motiverend deel (eerst rapport Monumentenwacht) afwijkt van het beslissend deel (eerst renovatie wijzerplaat, rapport Monumentenwacht in tweede fase). Kunnen de gemeenteraadsleden ervan uitgaan dat het beslissend deel correct is?
Ik kan u geruststellen dat het beslissend gedeelte van de beslissing correct is. Het schepencollege wil het woord van de gemeenteraad niet terugdraaien en heeft de voorbereider van het agendapunt terecht gewezen en in het beslissend gedeelte duidelijk gesteld de oude toren de renoveren conform de gemeenteraadsbeslissing van 11 mei 2023. In een tweede en latere fase en dat zegt ook artikel 2 van de beslissing, zal er aan Monumentenwacht Limburg de opdracht gegeven worden om een inspectie van de Toren uit te voeren. Na bespreking van dit inspectieverslag op het schepencollege zal een plan van aanpak en kostenraming (inclusief mogelijke subsidies) opgesteld worden voor eventuele verdere restauratie- of onderhoudswerken en hiervoor de nodige kredieten te voorzien binnen het meerjarenbudget.
3) Het punt renovatie wijzerplaat Oude Toren werd bijna een jaar geleden goedgekeurd. Welke stappen werden inmiddels ondernomen?
De dienst erfgoed is belast met de uitvoering van dit project en is wachtende op een rapport van Monumentenwacht. Het bestuur heeft beslist om niet te wachten op dit rapport maar wil integendeel voortgang maken in het dossier van de oude wijzerplaat. Van zodra (en nu) de technische dienst duidelijke instructies krijgt zullen ze dit met prioriteit uitvoeren. Alle nodige budgettaire middelen werden eveneens ingeschreven in de begroting.
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;
De goedkeuring van de gunning van de opdracht 'Bouwkundige restauratie interieur en exterieur: restauratie Amandinahuis werd gegund aan Monument Goedleven nv, tegen het bedrag van 1.664.042,83 euro incl. btw. De uitvoeringstermijn zou 200 werkdagen bedragen.
Er werden echter PCP's (pentachloorfenol/organochloor)) in de houtstructuren teruggevonden, stoffen die zowel acuut als chronisch toxisch zijn. Het vaststellen van deze giftige stoffen zou kunnen leiden tot draconische preventiemaatregelen en een aangepast plan van aanpak. De financiële haalbaarheid van de restauratie staat hiermee verder op de helling.
Het zou zelfs kunnen dat het plan zodanig moet gewijzigd worden dat de restauratie niet meer onder de huidige opdracht valt. De aannemer stelt nu immers allerlei zaken voor zoals dure luchtmetingen en voor de bestaande houtverwerking een aanpak die te vergelijken is met de aanpak van asbestverwerking (met alle nodige preventiemaatregelen en bijkomende kosten).
De werken aan het Amandinahuis werden op 12 maart dan ook geschorst en zullen pas hervat worden zodra er meer duidelijkheid is.
In dit kader de volgende vragen:
Het schepencollege heeft als bouwheer verzocht om de werken te schorsen vanaf 12 maart 2024 en dit voor maximaal 40 werkdagen om zo een schadevergoeding te vermijden. Een schadevergoeding zou bekomen kunnen worden vanaf wanneer de schorsing 1/20 van de totale uitvoeringstermijn overschrijdt. De leidend ambtenaar van ARAT architecten verleende een gunstig advies over de gevraagde schorsing gezien de aangehaalde argumenten, op voorwaarde dat de aannemer zich ertoe verbindt om geen schadevergoeding te eisen omwille van de verlenging. Ontsnappen we aan een schadevergoeding?
Op het moment van de opmaak van het betreffende schepencollege was het niet 100% duidelijk of de aannemer al op de hoogte was van de mogelijke aanwezigheid van PCP’s op het moment van zijn inschrijving. Heeft het bestuur hier intussen meer duidelijkheid over?
Het bestuur geeft aan de totale financiële gevolgen nog niet te kunnen overzien. Is er al meer zicht op de mogelijke extra kosten?
Het bestuur geeft aan dat een dusdanige wijziging van de opdracht mogelijk zal leiden tot een heraanbesteding. Heeft het bestuur de knoop al doorgehakt?
Gelet op de antwoorden op de vragen gegeven door schepen Mark Vanleeuw :
Ik start met het beantwoorden van uw vragen door eerst een toelichting te geven waarom de werken geschorst zijn :
- Eerste aanvangsbevel was op 8/1, aannemer heeft toen uitstel gevraagd tot begin maart, we zijn daar op ingegaan en hebben uitstel gegeven;
- 4/3 ging er opnieuw gestart worden, na de start-werfvergadering van 21/12/2023 zouden opdrachtgever, architect/leidend ambtenaar en aannemer elkaar ontmoeten voor de tweede werfvergadering;
- Naar aanleiding van de eerste werfvergadering werd al gevraagd of er stalen mochten genomen worden van de houten balken, die resultaten zijn in aanloop naar de tweede werfvergadering binnen gekomen;
- Omdat de problematiek, de resultaten en de gevolgen ervan op de werf zich niet eenduidig laten uitlezen, heeft de stad onmiddellijk aangegeven de werf opnieuw te schorsen. Dit uit voorzorg, zodat we niet na 50 werkdagen met deze problematiek geconfronteerd worden. We kunnen dat ook, voor 1/20ste van de duurtijd. Het geschat aantal werkdagen is 200, dus sowieso voor 20 werkdagen. Maar we kunnen tot 40 werkdagen gaan.
Ik geef graag de korte chronologie weer van het dossier :
Voorlopige conclusie:
- We zitten nog volop in de fase van verkenning van het probleem.
- Er is nog niet eensluidend bepaald of de aannemer hieromtrent voorkennis had of niet.
- De berichten die we krijgen van FOD-WASO
- Deze week is er een overleg gepland tussen stad en architect.
- Op 22/4 volgt er een meeting met stad, architect en aannemer.
Ik eindig met het geven van de antwoorden op uw vragen :
1) Het schepencollege heeft als bouwheer verzocht om de werken te schorsen vanaf 12 maart 2024 en dit voor maximaal 40 werkdagen om zo een schadevergoeding te vermijden. Een schadevergoeding zou bekomen kunnen worden vanaf wanneer de schorsing 1/20 van de totale uitvoeringstermijn overschrijdt. De leidend ambtenaar van ARAT architecten verleende een gunstig advies over de gevraagde schorsing gezien de aangehaalde argumenten, op voorwaarde dat de aannemer zich ertoe verbindt om geen schadevergoeding te eisen omwille van de verlenging. Ontsnappen we aan een schadevergoeding?
Gelet op onze welwillendheid bij de start van de werf gaan we ervan uit dat er geen schadevergoeding wordt gevraagd voor deze schorsing.
2) Op het moment van de opmaak van het betreffende schepencollege was het niet 100% duidelijk of de aannemer al op de hoogte was van de mogelijke aanwezigheid van PCP’s op het moment van zijn inschrijving. Heeft het bestuur hier intussen meer duidelijkheid over?
Er is geen duidelijkheid over of de aannemer dit had moeten weten bij zijn inschrijving voor het werk.
3) Het bestuur geeft aan de totale financiële gevolgen nog niet te kunnen overzien. Is er al meer zicht op de mogelijke extra kosten?
Er is een nieuwe werkplanning en een plan van aanpak door de aannemer opgesteld. De financiële impact daarvan is nog niet gekend.
4) Het bestuur geeft aan dat een dusdanige wijziging van de opdracht mogelijk zal leiden tot een heraanbesteding. Heeft het bestuur de knoop al doorgehakt?
Van een heraanbesteding is, gelet op alle onduidelijkheden in voorgaande communicatie, nog geen sprake.
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen;
Namens Gemeenteraad,
Nathalie Creten
Algemeen Directeur
Jimmy Graulus
Voorzitter